Meer informatie? Lees hieronder hoe je in gesprek gaat.

Het gesprek

Met wie voer je het gesprek?

Bedenk wie er betrokken worden en let hierbij op gezaghebbende ouders, voogd, mentor of curator.

Wanneer voer je géén gesprek zonder overleg?

Voer géén gesprek zonder overleg met deskundigen als:

  • er signalen van dwingende controle zijn.
  • er signalen van eergerelateerd geweld, huwelijksdwang of achterlating zijn.
  • er signalen van seksueel geweld zijn.
  • je inschat dat het gesprek de onveiligheid verergert voor betrokkene(n), jezelf, jouw collega’s of andere cliënten.

Overleg bij deze situaties eerst met een deskundige. In stap 2 lees je met welke deskundige je waarover kunt overleggen.

Hoe voer je het gesprek?

Stap 3 beschrijft de onderwerpen waarmee je in gesprek gaat met betrokkene(n). Dit betekent dat je in de stappen 1, 2, 4 en 5 met hen in gesprek gaat:

  • Gesprek in stap 1: in gesprek over signalen.
  • Gesprek in stap 2: in gesprek over de uitkomst van het overleg.
  • Gesprek in stap 4/5: in gesprek over de weging en het besluit.

Voorbereiden

Hoe bereid je een gesprek voor?

Een goed voorbereid gesprek vergroot de kans op openheid, duidelijkheid en veiligheid. Denk vooraf na over de volgende aandachtspunten:

  1. Neem voldoende tijd: Plan het gesprek ruim in. Vermijd tijdsdruk zodat je de rust hebt om goed te luisteren, door te vragen en samen te reflecteren.
  2. Kies een rustige ruimte: Voer het gesprek op een plek waar je niet gestoord wordt. Een veilige, rustige omgeving helpt de ander zich vrijer te voelen om te praten.
  3. Denk na over de gesprekspartner: Bepaal met wie je spreekt. Houd rekening met iemands achtergrond, positie in het gezin of netwerk, en eerdere gesprekken of ervaringen.
  4. Overweeg veiligheidsmaatregelen: Beoordeel vooraf of er fysieke of emotionele risico’s zijn. Zorg indien nodig voor een achterwacht of extra ondersteuning tijdens het gesprek.
  5. Bereid traumasensitief communiceren voor: Bedenk hoe je veiligheid, structuur en voorspelbaarheid kunt bieden. Houd rekening met mogelijke emoties en zorg voor een rustige, empathische benadering.
  6. Wees kort en duidelijk: Vermijd een stortvloed aan informatie of argumenten. Breng je boodschap beknopt en concreet, zodat de ander het goed kan verwerken.
  7. Wees zorgvuldig met informatie: Bespreek helder wat er gedeeld wordt en met wie. Wees transparant over de uitkomst van overleg en welke vervolgstappen je neemt.
  8. Vraag hulp als dat nodig is: Voel je je onzeker of kwetsbaar? Vraag een collega, aandachtsfunctionaris of deskundige om met je mee te gaan of bij te staan.

Analyse

Helpende vragen voor een goede analyse

Onveiligheid en geweld

  • “Wat gebeurt er precies tijdens een ruzie of conflict?”
  • “Wie doet wat, naar wie en wanneer?”
  • “Kun je een voorbeeld geven van een situatie die uit de hand liep?”
  • “Wat doet dat met jou en anderen in huis?”
  • “Zijn er ook momenten van rust? Wat is er dan anders?”

Schending van rechten en dwang

  • “Voel je je vrij om keuzes te maken in je dagelijks leven?”
  • “Word je wel eens ergens toe gedwongen of onder druk gezet?”
  • “Mag je contact houden met wie jij wilt?”
  • “Moet je je partner vaak verantwoording afleggen?”
  • “Heb je het gevoel dat je privacy wordt gerespecteerd?”

Financiële situatie

  • “Heb je voldoende overzicht over je geldzaken?”
  • “Wie beheert jouw geld of heeft toegang tot je rekening?”
  • “Mag je zelf bepalen wat je koopt?”
  • “Moet je uitleggen waar je geld naartoe gaat?”
  • “Heb je voldoende geld voor basisbehoeften zoals eten en huur?”

Seksuele relatie

  • “Is er sprake van seksuele dwang of ongewenst gedrag?”
  • “Ben je wel eens bang voor je partner in seksuele situaties?”
  • “Wat doet je partner waardoor je je onveilig voelt?”
  • “Hoe reageer jij in die situaties?”
  • “Voel je dat je ‘nee’ kunt zeggen als je dat wilt?”

Het kind

  • “Hoe merk je aan je kind of het zich goed of juist onveilig voelt?”
  • “Hoe reageert je kind op spanningen of ruzies?”
  • “Wat doe jij om je kind te troosten?”
  • “Bij wie zoekt je kind steun of veiligheid?”
  • “Wat zou je kind zeggen als ik vraag hoe het thuis is?”

De zorgafhankelijke volwassene of oudere

  • “Hoe zie je of de ander zich prettig of juist gespannen voelt?”
  • “Hoe reageert de persoon op stress of conflicten?”
  • “Wat doe jij om rust te brengen of te troosten?”
  • “Bij wie zoekt deze persoon steun als het moeilijk is?”
  • “Wat kun je vertellen over jullie dagelijkse dynamiek?”

Traumaklachten en eigen jeugd

  • “Welk cijfer geef je jouw jeugd van 0 tot 10 en waarom?”
  • “Wat waren fijne en moeilijke momenten in je jeugd?”
  • “Wie steunde jou toen je kind was?”
  • “Herken je gedrag van je ouders in jezelf?”
  • “Zijn er gebeurtenissen van vroeger die je nog steeds raken?”

Middelengebruik

  • “Gebruik je alcohol of andere middelen? Hoe vaak?”
  • “Is dit gebruik problematisch voor jou of je omgeving?”
  • “Gebruik je middelen om afleiding te zoeken van problemen?”
  • “Wat helpt je om goed met stress om te gaan?”
  • “Wat gebeurt er als je minder gebruikt? Wat is er dan anders?”

Veerkracht

  • “Wat zeggen anderen over jouw kwaliteiten of sterke kanten?”
  • “Waar ben je zelf trots op?”
  • “Wie of wat geeft jou steun en vertrouwen?”
  • “Wat helpt jou kalmeren in moeilijke situaties?”
  • “Wat zijn dingen waar je zelf invloed op hebt in je leven?” 

Traumasensitieve basishouding

Basishouding: Hoe voer je een traumasensitief gesprek?

Wanneer je in gesprek gaat met iemand die mogelijk huiselijk geweld heeft meegemaakt, is het belangrijk om te beseffen dat die persoon ingrijpende ervaringen kan hebben die het stresssysteem ontregelen. Het stresssysteem staat continu ‘aan’, wat onder andere leidt tot een verminderde concentratie en leervermogen, moeite met emotieregulatie en een slechter geheugen. Dit kan leiden tot onverwachte of heftige reacties. Een traumasensitieve basishouding helpt om rust, veiligheid en vertrouwen te creëren.

1. Zorg voor een gevoel van veiligheid

Veiligheid is niet vanzelfsprekend voor mensen met ingrijpende ervaringen. Een ontregeld stresssysteem houdt hen voortdurend alert op gevaar. Een veilig gevoel is essentieel voor effectieve communicatie. Hoe? Wees rustig, betrouwbaar en voorspelbaar.

2. Zorg voor structuur en voorspelbaarheid

Duidelijkheid helpt stress verminderen. Geef aan wat de ander van jou kan verwachten:

  • Wat kan je betekenen? (relatie)
  • Wat gebeurt er met informatie? (privacy)
  • Wat wordt er besproken? (structuur)

3. Stimuleer steun

Vraag of de ander iemand heeft die kan steunen. Bespreek hoe steun ingezet kan worden.

Normaliseer gevoelens en emoties

Verschillende emoties spelen een rol bij huiselijk geweld.

Gebruik helpende zinnen zoals:

  • “Het is heel begrijpelijk dat je gemengde gevoelens hebt”.
  • “Je hoeft je niet te schamen voor wat je voelt.”
  • “Het is normaal om boos, verdrietig of in de war te zijn.”
  • “Twijfelen betekent niet dat je faalt – het betekent dat je nadenkt.”
  • “Je bent niet de enige die hiermee worstelt.”

Help bij het reguleren van emoties

  • Reacties kunnen onvoorspelbaar en intens zijn → Oordeel niet, maar toon begrip.
  • Jouw kalmte beïnvloedt de ander → Blijf rustig en voorspelbaar.

Onthoud: emoties zijn besmettelijk. Als jij rustig blijft, vergroot je de kans dat de ander ook kalmeert.

Redenen om te stoppen met huiselijk geweld

Waarom stoppen met huiselijk geweld?

Veel mensen vinden het moeilijk om te praten over huiselijk geweld. Plegers én slachtoffers voelen zich vaak bang, onzeker of schamen zich. Een belangrijk uitgangspunt in elk gesprek is: huiselijk geweld stopt zelden vanzelf. Hulp is nodig om de geweldsspiraal te doorbreken.

  • Gebruik onderstaande redenen in je gesprek.
  • Kies redenen die passend zijn.
  • Gebruik taal die aansluit bij de betrokkene.
  • Koppel de reden aan concreet waarneembare signalen.

Voor plegers

Waarom stoppen?

  • Huiselijk geweld stopt niet vanzelf.
  • Iedereen lijdt onder de situatie.
  • Geweld doet anderen én jezelf pijn.
  • Kinderen raken beschadigd en voelen zich onveilig.
  • Het geweld escaleert vaak in ernst en frequentie.
  • Geweld ondermijnt gezondheid, werk en relaties.
  • Geweld is strafbaar.

Waarom hulp accepteren?

  • Hulp werkt. Er zijn goede hulpverleners.
  • Veel mensen zijn achteraf opgelucht dat ze hulp hebben gezocht.
  • Er wordt hulp geboden die aansluit bij jullie situatie.
  • Privacy wordt serieus genomen.

Waarom hulp voor kinderen inschakelen?

  • Kinderen merken meer dan je denkt.
  • Ze voelen de spanning, ook als er niet direct tegen hen geweld is.
  • Ze begrijpen de situatie vaak niet en geven zichzelf de schuld.
  • Geweld beïnvloedt hun ontwikkeling, gedrag en toekomst.
  • Hulp voor kinderen is essentieel om blijvende schade te voorkomen.

Voor slachtoffers

Waarom grenzen stellen?

  • Huiselijk geweld stopt niet vanzelf.
  • Ook als je begrip hebt voor de pleger, blijft geweld schadelijk.
  • Je gezondheid, werk en welzijn worden aangetast.
  • Kinderen en zorgafhankelijke anderen lijden mee.
  • Je verdient veiligheid en respect.

Waarom een veilige plek zoeken?

  • De opvang biedt bescherming en rust.
  • Soms is niet duidelijk wat de pleger gaat doen.
  • In de opvang zijn veiligheidsmaatregelen, soms ook voor huisdieren.
  • Tijdelijke opvang kan ruimte geven om na te denken over je relatie.
  • Kinderen krijgen extra steun als dat nodig is.

Waarom de politie inschakelen?

  • De politie biedt veiligheid bij dreiging of escalatie.
  • Ze beoordeelt de ernst van de situatie en spreekt met alle betrokkenen.
  • De politie kan tijdelijk ingrijpen, bijvoorbeeld met een huisverbod.
  • Ze schakelt hulp in en ondersteunt bij vervolgstappen.

Psycho-educatie

Hoe geef je psycho-educatie?

Psycho-educatie is het op een begrijpelijke manier uitleg en steun geven aan kinderen en ouders. Het helpt hen om te begrijpen wat er is gebeurd, ermee om te gaan en te werken aan herstel. De inhoud wordt afgestemd op leeftijd, situatie en belastbaarheid.

Psycho-educatie helpt om:

  • begrip te vergroten over mishandeling en onveiligheid.
  • gevoelens te herkennen en leren te uiten.
  • handvatten te bieden om met de gevolgen om te gaan.
  • te werken aan zelfvertrouwen en veerkracht.
  • relaties binnen het gezin te herstellen.

Voor kinderen: wat leren zij?

Psycho-educatie helpt kinderen om:

  • te begrijpen dat mishandeling niet normaal is.
  • te weten dat geweld nooit hun schuld is.
  • te leren dat problemen zonder geweld opgelost kunnen worden.
  • te ontdekken dat gevoelens als angst, boosheid of schaamte normaal zijn.
  • hun gevoelens beter te begrijpen en onder woorden te brengen.
  • vaardigheden te ontwikkelen om met lastige situaties om te gaan.
  • te weten wie hen helpt en wat er gaat gebeuren.
  • handvatten te krijgen om zichzelf te beschermen als dat nodig is.
  • overzicht te krijgen over de stappen die worden gezet richting veiligheid.

Voor ouders: wat leren zij?

Psycho-educatie helpt ouders om:

  • hun verantwoordelijkheid te erkennen voor de veiligheid van hun kind.
  • te begrijpen dat mishandeling niet ‘gewoon’ is.
  • inzicht te krijgen in wat hun kind nodig heeft om gezond op te groeien.
  • ie leren welke schade mishandeling veroorzaakt – fysiek en emotioneel.
  • handvatten te krijgen om hun kind te ondersteunen bij herstel.
  • te beseffen dat ook geweld tussen ouders schadelijk is voor het kind.
  • te weten wat zij kunnen doen om verandering en veiligheid te bieden.
  • als niet-mishandelende ouder het kind beter te beschermen.

Psycho-educatie kan worden gegeven via:

  • Korte uitleg- of steunmomenten in gesprekken.
  • Praktische oefeningen of rollenspellen.
  • Groepstrainingen of individuele begeleiding.
  • Creatieve werkvormen (tekenen, verhalen, spel).

Gesprek kind

Hoe ga je in gesprek met kinderen?

Wanneer ga je wel of niet in gesprek?

Kinderen uiten hun zorgen op verschillende manieren: via directe uitspraken, tekeningen, verhalen of opvallend gedrag. Elk signaal is waardevol. Als een kind iets deelt over een onveilige thuissituatie, heeft het al een drempel overwonnen. Het is dan cruciaal om steunend en zorgvuldig te reageren.

Ga alleen in gesprek als het in het belang is van het kind

Goede redenen:

  • Het kind vertelt uit zichzelf iets.
  • Het kind zoekt steun of hulp.
  • Je wilt het kind de kans geven zich te uiten.

Oneigenlijke redenen:

  • Het kind uithoren om jouw vermoeden te bevestigen.
  • Het gesprek gebruiken om oudergesprekken te vermijden.
  • Het kind onder druk zetten omdat je twijfelt over vervolgstappen.

Mishandelde kinderen zijn al belast. Ga zorgvuldig om met hun vertrouwen.

8 Praktische tips voor een goed gesprek met kinderen

  1. Zorg voor een veilige setting: Kies een rustige plek waar je niet gestoord wordt. Zorg dat het kind zich op zijn gemak voelt.
  2. Toon empathie en sensitiviteit: Laat zien dat je echt luistert. Toon begrip voor de gevoelens van het kind, ook als het nog weinig zegt.
  3. Gebruik kindvriendelijke taal: Pas je woorden aan het niveau van het kind aan. Stel eenvoudige, open vragen. Voorbeeld: “Hoe is het thuis voor jou?”
  4. Luister actief: Laat het kind praten zonder onderbrekingen. Vat af en toe samen: “Dus je zegt dat het soms spannend is thuis, klopt dat?”
  5. Wees geduldig: Dwing het kind niet. Laat stiltes toe en volg het tempo van het kind.
  6. Vermijd oordelen: Maak duidelijk dat het kind geen schuld heeft aan wat er gebeurt. Geef ruimte zonder beschuldigingen.
  7. Wees open over vertrouwelijkheid: Zeg eerlijk dat je sommige dingen moet delen met anderen om veiligheid te waarborgen. Leg dit rustig en kindvriendelijk uit.
  8. Geef duidelijkheid en blijf betrokken: Vertel welke stappen jij gaat nemen en waarom. Laat merken dat je er bent en houd contact.

Een kind dat vertelt, doet dat met moed. Hoe jij reageert, maakt het verschil. Reageer rustig.