Meer informatie? Lees hieronder hoe je de onveiligheid weegt met het afwegingskader.

Meldnormen

Wat zijn de drie professionele meldnormen?

Er zijn drie meldnormen die aangeven wanneer je een melding bij Veilig Thuis doet:

  • Meldnorm 1: Meld acute en/of structurele onveiligheid of onthulling altijd bij Veilig Thuis.
  • Meldnorm 2: Meld bij Veilig Thuis als je zelf geen hulp kunt bieden of organiseren.
  • Meldnorm 3: Meld bij Veilig Thuis als het ondanks hulp onveilig blijft.

De meldnormen zijn gekoppeld aan het afwegingskader. Je beantwoordt de vragen van het afwegingskader en meldt bij Veilig Thuis als dat wordt aangegeven. Op die manier voldoe je automatisch aan de meldnormen.

Afweging 1. Neem ik signalen van huiselijk geweld waar?

In stap 1 heb je signalen in kaart gebracht.
In stap 2 heb je overleg gevoerd.
In stap 3 heb je tijdens deze stappen gesprekken gevoerd met betrokkene(n).
Je stelt jezelf de vraag: neem ik signalen van huiselijk geweld waar?

Is het antwoord op de afweging:

  • Nee: sluit de meldcode af en leg dit vast in het dossier van de betrokkene. Organiseer zo nodig hulp.
  • Ja: ga naar afweging 2.

Kom je er niet uit, raadpleeg dan een collega, de aandachtsfunctionaris of vraag anoniem advies aan Veilig Thuis.

Afweging 2. Neem ik signalen van acute en/of structurele onveiligheid of onthulling waar?

Acute onveiligheid

Acute onveiligheid houdt in dat een persoon direct fysiek gevaar loopt en zijn veiligheid nu en in de komende dagen niet gegarandeerd is.

Voorbeelden van acute onveiligheid (of vergelijkbare situaties)

  • Direct levensgevaar: Er zijn signalen van acuut (levens)gevaar.
  • Ernstig letsel: Er is ernstig letsel waar een medische behandeling voor nodig is, inclusief schade aan een ongeboren kind.
  • Verwurging of wapengebruik: (Poging tot) verwurging of geweld met wapens.
  • Seksueel geweld: (Signalen van) seksueel misbruik of seksueel geweld.
  • Mensenhandel: (Signalen van) uitbuiting of gedwongen prostitutie.
  • Acute bedreiging: (Dreiging van) moord, suïcide, ernstig letsel, opsluiting of eerwraak.
  • Angst in aanwezigheid partner: Het slachtoffer durft niet te spreken in de buurt van de partner of toont zichtbare angst in diens aanwezigheid.
  • Escalatie van geweld: Er is sprake van recent geweld en een toenemende escalatie in ernst en/of frequentie van het geweld.
  • Onthouden van zorg: Er is een tekort aan basiszorg of toezicht met een direct gezondheidsrisico.
  • Kindermishandeling door falsificatie: De ouder of verzorger manipuleert medische gegevens of veroorzaakt klachten met schadelijke gevolgen.
  • Acuut zorgtekort door ouderlijke crisis: Wegvallen van zorg voor kinderen, kwetsbare volwassenen of ouderen door suïcide, automutilatie, psychiatrische crisis of intoxicatie.
  • Noodgedwongen vlucht: Slachtoffer verlaat huis vanwege dreigend huiselijk geweld.
  • Geweld tijdens zwangerschap: Alcohol of drugsgebruik door een zwangere vrouw of fysiek geweld tegen een zwangere vrouw met risico voor haar en het ongeboren kind.
  • Blootstelling aan oorlogsgeweld: Een kind, kwetsbare volwassene of oudere wordt meegenomen naar oorlogsgebieden of blootgesteld aan strijd.
  • Blijvend letsel: Geweld of verwaarlozing leidt tot verminking of blijvende handicap.
  • Onthulling: Een kind, volwassene of oudere uit zich over actueel huiselijk geweld of kindermishandeling.
  • Angst in aanwezigheid partner: Het slachtoffer durft niet te spreken in de buurt van de partner of toont zichtbare angst in diens aanwezigheid.

Onthulling (disclosure)

Een onthulling houdt in dat een kind, volwassene of oudere hulp zoekt bij actueel huiselijk geweld, direct door expliciet om hulp te vragen of indirect door erover te vertellen.
De betrokkene ervaart een crisis en/of vreest voor zijn eigen veiligheid of die van gezinsleden. Een onthulling wordt altijd beschouwd als acute onveiligheid en moet direct bij Veilig Thuis worden gemeld.

Niet elke situatie is een onthulling. Als hulp al is ingezet en het geweld met een hulpverlener wordt besproken, geldt dit niet als onthulling.
Wél als er nieuwe zorgen of informatie worden gedeeld, zelfs als er al een melding is gedaan, bijvoorbeeld een vermoeden van seksueel misbruik tijdens hulpverlening bij verwaarlozing.

Structurele onveiligheid

Structurele onveiligheid ontstaat wanneer geweld of een onveilige situatie aanhoudt of herhaaldelijk voorkomt.

Voorbeelden van structurele onveiligheid (of vergelijkbare situaties)

  • Herhaald huiselijk geweld: Eerder huiselijk geweld binnen het gezin of de familie is een voorspeller van toekomstige incidenten.
  • Terugkerende psychische onveiligheid: Kinderen, kwetsbare volwassenen of ouderen worden enkele weken of langer herhaaldelijk blootgesteld aan emotionele of psychische mishandeling of verwaarlozing.
  • Terugkerende lichamelijke onveiligheid: Kinderen, kwetsbare volwassenen of ouderen worden enkele weken of langer herhaaldelijk blootgesteld aan lichamelijke mishandeling of verwaarlozing.
  • Financiële uitbuiting: Een zorgafhankelijke volwassene of oudere wordt financieel uitgebuit door een familielid of betrokkene.
  • Kind in gevaar: Een minderjarig of ongeboren kind groeit op bij ouders met ernstige problematiek, zoals een verstandelijke beperking, verslaving of psychische stoornissen.
  • Herhaalde onveiligheid en zorgmijding: Mishandeling of verwaarlozing vindt herhaaldelijk plaats in een gezin dat zorg mijdt, vaak verhuist of steeds wisselende hulp heeft zonder structurele verandering.
  • Kind als getuige van geweld: Een kind is stelselmatig getuige van huiselijk geweld of woont in een gezin waar (ex-)partnergeweld plaats vindt.
  • Langdurige stalking: Stalking binnen een (ex-)partnerrelatie leidt tot herhaalde psychische of fysieke mishandeling door escalerende conflicten.

Kom je er niet uit, raadpleeg dan een collega, de aandachtsfunctionaris of vraag anoniem advies aan Veilig Thuis.

Is het antwoord op de afweging:

  • Nee: ga verder naar vraag 3.
  • Ja: meld bij Veilig Thuis en ga verder naar vraag 3.

Afweging 3. Kan ik effectieve hulp organiseren?

Bij het beoordelen van een onveilige situatie bepaal je of je binnen jouw professionele mogelijkheden effectief kunt handelen. Dit hangt af van je deskundigheid, beschikbare middelen en omstandigheden.

Vragen ter afweging:

  • Kun je het slachtoffer indien nodig in veiligheid brengen?
  • Heb je voldoende inzicht in eerdere onveilige situaties?
  • Zijn er duidelijke afspraken te maken over de veiligheid met betrokkenen en professionals?
  • Voel je je deskundig en bekwaam om veiligheid te herstellen, eventueel samen met anderen?
  • Kun je de spanning die de situatie met zich meebrengt hanteren?

Kom je er niet uit, raadpleeg dan een collega, de aandachtsfunctionaris of vraag anoniem advies aan Veilig Thuis.

Is het antwoord op de afweging:

  • Nee: meld bij Veilig Thuis.
  • Ja: organiseer hulp en ga verder naar afweging 4.

Afweging 4. Werken betrokkenen mee aan deze hulp?

Schat in en monitor

Bij het bieden van hulp en ondersteuning in situaties van onveiligheid is het belangrijk om continu te beoordelen of jouw aanpak leidt tot verandering en of samenwerking met andere betrokken professionals effectief is.

Vragen ter afweging:

  • Zijn betrokkenen en hun netwerk bereid en in staat om direct hulp op te pakken?
  • Is er een gezamenlijke focus op het stoppen van geweld en herstel van veiligheid?
  • Werken betrokkenen actief aan directe veiligheid en de oorzaken van geweld?
  • Is er een gezamenlijk plan met duidelijke veiligheidsvoorwaarden, doelen en evaluaties?
  • Sluit het plan aan bij de behoeften en zijn de hulpverleningsdoelen helder?
  • Zijn er bij meerdere professionals duidelijke afspraken over samenwerking en regie?

Kom je er niet uit, raadpleeg dan een collega, de aandachtsfunctionaris of vraag anoniem advies aan Veilig Thuis.

Is het antwoord op de afweging:

  • Nee: meld bij Veilig Thuis.
  • Ja: vervolg de hulp en ga verder naar vraag 5.

Afweging 5. Leidt de hulp tot duurzame veiligheid?

Weeg af of de onveiligheid stopt

Bij de aanpak van huiselijk geweld is voortdurende evaluatie cruciaal om te bepalen of de hulp daadwerkelijk de onveiligheid stopt.
Je beoordeelt of de interventies effectief zijn en of betrokkenen voldoende beschermd worden tegen herhaling.

Vragen ter afweging:

  • Stopt het geweld niet binnen de verwachte termijn?
  • Blijkt de problematiek ernstiger dan eerder werd ingeschat?
  • Worden de gestelde doelen niet behaald binnen de gestelde termijn?
  • Loopt de uitvoering van het veiligheids- of hulpverleningsplan vast?
  • Is er behoefte aan specifieke expertise om verdere stappen te zetten?

Kom je er niet uit, raadpleeg dan een collega, de aandachtsfunctionaris of vraag anoniem advies aan Veilig Thuis.

Is het antwoord op de afweging:

  • Nee: meld (opnieuw) bij Veilig Thuis.
  • Ja: vervolg de hulp en monitor met het afwegingskader totdat er duurzame veiligheid is.